Het regenlied: activiteit rond communicatie en taal
1. Doel: luisteren en voelen
Materiaal: regenbuis/waterverstuiver
Verloop:
-We maken het heel stil.
-De begeleider laat het geluid van de regen horen en spuit de kinderen nat.
Communicatie:
-Sst. Hoor.
-Wie?
-Voel.
2. Doel: kijken
Materiaal: paraplu/ cd: vrolijk liedje
Verloop:
-De begeleider tovert de paraplu tevoorschijn.
-Hij doet de paraplu open.
-De muziek wordt opgezet.
- De begeleider danst, draait en speelt een kiekeboespel met de paraplu.
-Wanneer de muziek stopt, gaat de paraplu toe.
Communicatie:
-Piep!
3. Doel: imiteren
Materiaal: laarzen / muziek
Verloop:
-De begeleider maakt de tafel nat.
-De begeleider stopt zijn handen in de laarzen en stapt ermee naar een kind.
-Vervolgens stapt het kind met de laarzen naar een ander kind.
Communicatie:
-Naam kind
-Pak.
4. Doel: spreken
Materiaal:
-regenspullen:regenjas, regenhoed, regenlaarzen, paraplu..
-zomerspullen: zwembroek, sandalen, zonnebril,…
Verloop:
-De begeleider tovert de regenjas tevoorschijn en zegt (wijzend naar buiten): “Kijk, het regent. Moet de jas aan? Ja of nee?”.
-De begeleider doet de jas aan.
-Dit wordt telkens herhaald met de andere voorwerpen.
-De zomerspullen verdwijnen.
Communicatie:
-Kijk.
-Ja of nee?
-Weg!
5. Doel: spreken
Materiaal: /
Verloop:
-We bootsen de regen na met onze handen op de tafel.
-Het regent zacht: we tokkelen met onze vingertoppen.
-Het regent hard: we kloppen op de tafel.
-Het stormt: we slaan op de tafel.
Communicatie:
-Stop!
-Sst.
6. Doel: kijken
Materiaal:
-doorschijnende plastic
-water
-muziek
Verloop:
-De begeleiders houden de plastic boven de hoofden van de kinderen.
-Ze druppelen water op de plastic, schudden ermee (traag en snel) en tenslotte draaien ze de plastic om.
-De kinderen worden nat.
Communicatie:
-Hoor.
-Voel.