Scholenhuisje Rozemarijn: Multi-sensory storytelling 
Binnen de methode “multi-sensory storytelling” worden er verhalen verteld waarbij er zoveel als mogelijk, op maat van de persoon, alle zintuigen worden aangesproken om wat verteld wordt over te brengen en te laten ervaren. Meer informatie hierover vindt u op de website
http://www.multiplus.be/storytelling.php
Inspiratie opdoen? MSST op Rozemarijn
Wat?
Een kort eenvoudig verhaaltje vertellen aan de hand van de principes van Multi-Sensory Storytelling (MSST). Een verhaal dat leerlingen horen, zien, voelen, ruiken en proeven.
Waar en wanneer?
· In het klaslokaal
· Duur: 15 à 20 minuten
Wie?
Voor leerlingen met een jonge ontwikkelingsleeftijd en de peuterleeftijd.
Focus?
· Communicatie en taal (domein functioneel lezen): de leerling volgt een verhaal op basis van prenten en voorgelezen tekst.
· Sociaal-emotionele ontwikkeling: de leerling aanvaardt contact via één of meerdere kanalen.
· Sociaal–emotionele ontwikkeling: de leerling legt of vraagt contact via één of meerdere kanalen.
· Wereldoriëntatie (domein mens): de leerling staat open voor en reageert op smaken.
· Wereldoriëntatie (domein mens): de leerling staat open voor en reageert op tactiele waarneming.
· Wereldoriëntatie (domein mens): de leerling staat open voor en reageert op auditieve waarneming.
· Wereldoriëntatie (domein mens): de leerling staat open voor en reageert op visuele waarneming.
Nodige materiaal:
· Het boek ‘Op stap met Didier’, verhaaltje ‘Scholenhuisje Rozemarijn’ + bijhorende CD met liedjes
· Een doos om alle materiaal in op te bergen + verwijzer aan de buitenkant: foto van de school
· Uitvergrootte foto van de school op karton
· Zaklamp
· Knuffeldiertje of popje
· Afbeelding van een fiets op karton + fietsbel aan vastgemaakt
· Trekpopje Didier (als extra bij het boek, zelf in elkaar te steken)
· Pannenkoeken
Verloop:
Laat de leerlingen plaats nemen in een halve cirkel. Het verhaal en de doos met materiaal staan voor hen op een tafeltje.
Toon de verhaaldoos met de verwijzer. Vertel de lln dat er een verhaaltje volgt over de school.
Begin: luisteren naar het Rozemarijnlied (lied 1 op CD)
Dit is mijn school.
Toon de foto van de school aan de lln en laat hen met de zaklamp hierop schijnen.
Het is leuk in mijn school.
Ik stap.
Zit op de stoel en stamp met de voeten op en neer.
Ik loop.
Ik praat.
Ik speel.
Laat het knuffeldiertje rondgaan bij de lln, laat hen voelen.
Ik fiets.
Haal de karton met de fiets en fietsbel uit de doos. Laat de lln één voor één rinkelen aan de bel.
Ik lach.
Kietel de lln één voor één.
Ik leer een woord. Een zin. En heel veel zingen!
Zing samen het 3de lied op de CD: dag allemaal
En wanneer het feest is op mijn school, eten we pannenkoeken!
Haal de verwarmde pannenkoek uit de microgolf en geef elke ll een stukje.
Er is een vriend. Die noem ik Didier. Didier stapt nu met mij mee. Kom jij ook?
Laat de lln voelen aan de trekpop Didier.
Eventueel terug afsluiten met het rozemarijnlied.
Zinnen in het groen: eigen toevoeging aan het verhaal om meerdere zintuigen aan te reiken.
Reflecties en observaties:
De lln kenden het verhaaltje nog niet, maar gingen flink neerzitten om te luisteren. Sommige materialen spraken de ene ll meer aan dan de andere (bv. vinden het leuker om te bellen met de fietsbel dan te schijnen met de zaklamp). Sommige lln reageren meer op tactiele prikkels, anderen op auditieve. Het is belangrijk om zaken te integreren die ze kennen (bv. het liedje ‘dag allemaal’ en Didier). Vervolgens is het herhalen van een dergelijk verhaal zeker zinvol.